Indicatie
baby’s
De eerste behandeling start met een uitgebreid vraaggesprek om meer inzicht te krijgen in je klachtenpatroon en ziektegeschiedenis. Vervolgens start het lichamelijke onderzoek, waarbij het hele lichaam bekeken op bewegingsmogelijkheden van de verschillende weefsels in het lichaam. Aan de hand van de gegevens van de vragen en het lichamelijke onderzoek wordt een behandelplan opgesteld.
Afvlakking/vervorming hoofdje
De schedel van een baby is nog zacht en de schedelbotten kunnen nog bewegen ten opzichte van elkaar. Hierdoor is het hoofdje nog vervormbaar. Wanneer een baby veel met zijn hoofdje dezelfde kant op ligt, kan er een afvlakking ontstaan. Het veelvuldig met het hoofdje gedraaid liggen naar één zijde en niet goed naar de andere kant kunnen draaien wordt een voorkeurshouding genoemd.
Deze kan onder andere ontstaan door een blokkade in de nek, de hals, elders in de wervelkolom of vanuit het sleutelbeen. Het is bij een afvlakking zeer belangrijk te achterhalen wat de voorkeursrichting van het hoofd in stand houd. Hoe eerder de behandeling begint, dus zodra een afvlakking of voorkeursrichting opvalt, des te kleiner de te herstellen vervorming.
Darmkrampjes
De eerste maanden na de geboorte draait het leven van een baby om groei: na 6 maanden is het lichaamsgewicht verdubbeld, na een jaar verdrievoudigd.
Wanneer een baby geboren wordt zijn de darmen nog steriel, er zijn nog geen bacteriën aanwezig. De darmflora zal zich de maanden na de geboorte gaan ontwikkelen. Het goed functioneren van de darmen is afhankelijk van een goede mobiliteit, een goede doorbloeding en een goede aansturing van de organen door het zenuwstelsel vanuit de rug, de nek en de schedel.
Een blokkade in de nek of elders in de wervelkolom, maar ook een blokkade in de buik zelf kan dus zorgen voor erge darmkrampjes. Een osteopaat kan dergelijke blokkades opheffen en zo darmkrampjes verhelpen.
Huilbaby’s
Een baby wordt een huilbaby genoemd wanneer hij /zij over een periode van drie weken, minimaal drie dagen per week, langer dan drie uur per dag huilt. Echter, de meest gevolgde definitie van dit moment zegt: een huilbaby huilt overmatig, wanneer ouders vinden dat de baby veel huilt.
Een baby zal gaan huilen wanneer hij / zij ongemak ervaart of echt pijn heeft, vaak is dit als gevolg van een blokkade in het lichaam. Door de druk tijdens de bevalling op de nek en wervelkolom van de baby kunnen er blokkades ontstaan. Dergelijke blokkades kunnen zorgen voor een voorkeurshouding en daarmee een verhoogde spanning in de nek of het achterhoofd. Maar ook darmkrampjes en obstipatie kunnen ontstaan als gevolg van een nekblokkade omdat de aansturing van de darmen dan niet optimaal verloopt.
Ook spanning in het hals gebied, bijvoorbeeld na omstrengeling met de navelstreng of spanning in het middenrif gebied kan veel huilen tot gevolg hebben.
De osteopaat zal het kindje totaal onderzoeken: de buik, de borst, de hals, het bekken, de wervelkolom en de schedel. Dit om te kijken waar de oorzaak ligt van de onrust en het vele huilen. Met zachte handgrepen en in een houding die voor het kindje het meest aangenaam is, wordt het kindje onderzocht en behandeld. Soms op de behandelbank, soms bij de ouders op schoot.
Keel-, neus- en oorproblemen
De slijmvliezen van een baby/kind moeten zich nog ontwikkelen. Daarom is het van belang dat de schedelbotten hun volledige mobiliteit hebben. Deze mobiliteit kan verminderd zijn door een blokkade in de nek of schedel die is ontstaan tijdens de geboorte. De osteopaat kan deze mobiliteit optimaliseren.
Daarnaast heeft de buis van Eustachius bij baby’s en kinderen een vlakker verloop dan bij volwassenen, waardoor het middenoor zijn vocht minder gemakkelijk kan afvloeien. Wanneer het vocht zich daar ophoopt, ontstaat er een druk tegen het trommelvlies en krijgt een kindje pijn. De buis van Eustachius loopt door twee botstukken die nog ten opzichte van elkaar kunnen bewegen. Een blokkade of spanning op deze botstukken heeft een verminderde drainage tot gevolg.
Reflux kan ook oorontstekingen of langdurige verkoudheid veroorzaken. Het zuur vanuit de maag irriteert dan constant het slijmvlies van de holtes en het middenoor. Hierdoor hebben ontstekingen meer kans. Een osteopaat zal bij oorontstekingen de mobiliteit van de schedel testen en behandelen, maar ook alle facetten die te maken hebben met de slijmvliezen in de schedel.
KISS syndroom
Dit is een blokkeringssyndroom van de hoge nekwervel- en schedelbasis gebied. Dit Duitse woord is een afkorting van Kopfgelenk Induzierte Symmetrie Störungen. Het betekent dat er stoornissen in de symmetrische ontwikkelingen van een kind kunnen ontstaan ten gevolge van blokkades van de bovenste nekwervels en botten die de schedelbasis vormen.
Bij een gezonde baby zal de linker en de rechter lichaamshelft zich gelijkmatig (symmetrisch) ontwikkelen.
Een scheve stand van de bovenste nekwervel(s) kan ertoe leiden dat de baby regelmatig overstrekt of met zijn hoofdje scheef gaat liggen. Dit zet zich voort over de gehele romp tot in het bekken en heupgewricht. Door de scheve en overstrekte houding krijgt de baby een scheef hoofdje. Dit heeft invloed op de motorische ontwikkeling en kan een complex klachtenpatroon tot gevolg hebben. Het kindje voelt zich niet prettig in zijn lijfje, het huilt veel, slaapt slecht en het drinken is gulzig, haastig en ongecontroleerd. Het geeft vaak terug. Het heeft moeite en pijn met aankleden (de armpjes in de mouwen, iets over het hoofd aantrekken). Vaak zijn er overmatig veel darmkrampjes aanwezig. Onbehagen overheerst het leven van de baby. Alles is het kindje teveel en het is overprikkelt. Het schrikt bij de ‘normaalste’ geluiden (openen van de deur, ritselen van de krant, enz.). Zelfs de meest liefdevolle verzorging/aanraking kan heftige reacties oproepen in de vorm van overstrekken. Bij veel kinderen zal dit onbehagen hun leven bepalen en speelt het een grote rol in de verdere ontwikkeling.
Kunstverlossingen
De meest bekende kunstverlossingen zijn de vacuümpomp of de tangverlossing. Maar ook geboorte middels keizersnede valt hieronder. Door dergelijk ingrijpen verandert de mobiliteit van de verschillende structuren in de schedel (zoals botten maar ook bindweefsels). Wanneer zich dit niet uit zichzelf normaliseert, kan dit overmatig huilen, overstrekken, darmkrampjes en algehele onrust tot gevolg hebben. Een osteopaat kan de beweeglijkheid van de schedelbotten herstellen.
Longklachten
Net als de darmen, de neus-, keel en mondslijmvliezen bevat de long ook slijmvliezen. Het goed functioneren van de slijmvliezen is afhankelijk van een goede mobiliteit, een goede doorbloeding en een goede aansturing van de slijmvliezen door het zenuwstelsel vanuit de rug en de schedel. Daarnaast is een optimale mobiliteit van de ribben, het borstbeen en de middenrug van groot belang voor de ontwikkeling van de longen.
Verstopt traanbuisje
Het oog moet altijd goed vochtig blijven. Er wordt continu een beetje oogvocht aangemaakt. Het oogvocht moet ook weer worden afgevoerd, dit gebeurt via het traanbuisje. Wanneer deze verstopt zit, kan het oogvocht niet weg en gaat het zich ophopen, wat zich uit in een tranerig en vies oogje.
Een goede drainage van het traanvocht via het traanbuisje is afhankelijk van een goede beweeglijkheid van de schedelbotten. Tijdens de geboorte wordt er een flinke druk uitgeoefend op het hoofdje van een baby en schuiven de schedelbotten over elkaar heen zodat het hoofdje het geboortekanaal van de moeder kan passeren. Na de geboorte schuiven de schedelbotten weer terug op hun plek. Echter, soms gaat dit terug schuiven niet helemaal optimaal en ontstaat er een blokkade tussen de schedelbotten. Zeker wanneer deze blokkade zich ter hoogte van het aangezicht bevindt, heeft dit invloed naar de beweeglijkheid van het traanbuisje. De doorgang zal zich vernauwen, waardoor het traanbuisje uiteindelijk verstopt raakt en een vies en tranerig oogje ontstaat.
Overstrekken
Bij overstrekken moet er gezocht worden naar de oorzaak; waarom wil een kind zich overstrekken? Vaak zijn het reflux-/spuugklachten die een brandend gevoel geven in de slokdarm. Een baby/kind overstrekt zich om dit brandende gevoel te verminderen door zijn slokdarm te rekken. Maar een blokkades in het bekken, de wervelkolom of de nek kan er ook voor zorgen dat een kindje zich overstrekt.
Overprikkeling/onrust
Het zenuwstelsel van een baby/kind is nog in ontwikkeling. Wanneer het in die fase te veel prikkels tot zich krijgt, kan het nog niet de onnodige prikkels wegfilteren en raakt het dus overbelast.
Maar een blokkade in de nek of wervelkolom kan ook voor veel onrust zorgen. Dit zorgt voor veel spanning over de gehele romp.
Dit heeft invloed op de motorische ontwikkeling en kan een complex klachtenpatroon tot gevolg hebben. Het kindje voelt zich niet prettig in zijn lijfje, het huilt veel, slaapt slecht en het drinken is gulzig, haastig en ongecontroleerd. Het geeft vaak terug. Het heeft moeite en pijn met aankleden (de armpjes in de mouwen, iets over het hoofd aantrekken). Vaak zijn er overmatig veel darmkrampjes aanwezig. Alles is het kindje te veel en het is overprikkelt. Het schrikt bij de ‘normaalste’ geluiden (openen van de deur, ritselen van de krant, enz.). Zelfs de meest liefdevolle verzorging/aanraking kan heftige reacties oproepen in de vorm van overstrekken.
De osteopaat kan de lichamelijk blokkades opheffen, zodat uw kindje weer tot rust komt.
Reflux / overmatig spugen
Refluxklachten kunnen ontstaan door een overprikkeld zenuwstelsel en een blokkade in de nek. De maag wordt dan niet goed aangestuurd vanuit de hersenen en het sluiten van het maagklepje zal dan niet optimaal zijn.
Reflux kan ook ontstaan wanneer het kindje tijdens de bevalling in het vruchtwater heeft gepoept en dit vervolgens heeft ingeslikt. Dit geeft een irritatie van de maag en darmen, waardoor de beweeglijkheid van deze organen wordt verminderd. Dit heeft een negatieve invloed op het sluiten van het maagklepje.
Natuurlijk kunnen er ook andere oorzaken aan ten grondslag liggen, zoals een hiatus hernia (middenrifbreuk) of een voedingsallergie.
Slikproblemen
Als de bezenuwing in de nek niet goed verloopt (door bijv. een wervelblokkade) kan dit het slikken bemoeilijken. Problemen met slikken en drinken worden ook vaak gezien wanneer tijdens de geboorte de navelstreng om de hals van het kindje heeft gezeten. Dit geeft een verhoogde spanning in het hals en keel gebied waardoor slikken moeizamer gaat. Spanning in het halsgebied kan ook veroorzaakt worden wanneer het schoudertje van het kindje achter het schaambot van de moeder is blijven hangen of wanneer daardoor het sleutelbeentje is gebroken. Uw osteopaat kan deze spanning opheffen.